Ontbijt
Al drie dagen achter elkaar ontbijt ik in één ruimte met dit echtpaar en hun twee kleine kinderen. Hij is een wat schuchtere man, twee dagen baardje, zwart trainingspak, tatoeage in de nek, een jaar of 28, een zwarte bril en op zijn kin iets dat op een sik lijkt. Zij heeft een nog grotere bril, zwarte haren en een rond, bol gezicht. Beide spreken met een Oost-Duits accent. Onze communicatie bestond tot dusver uit het woord “goedemorgen”, geen woord meer of minder. De kinderen zijn ’s ochtends hyperactief. Het ene kind smijt LEGO-stenen door de ontbijtzaal, het andere begint te krijsen en papa schreeuwt dan altijd dat het nu afgelopen moet zijn. Het is een dagelijks terugkerend ritueel.
Een niet dagelijks terugkerend ritueel maar juist iets unieks, dat overkwam me vanochtend aan het ontbijtbuffet, dat wederom gevuld was met fruit uit blik en een grote mand vol papbroodjes . Dit is geen klacht, want voor de prijs die ik betaal zou ik alleen met een kop koffie al genoegen nemen. Vanochtend nam ik net als altijd een klein glazen schaaltje en vulde het met een nieuw soort yoghurt. Naast de normale, witte yoghurt staat er ook altijd een schaal met andere yoghurt. Ik roerde er wat muesli doorheen en liep weer naar mijn tafel, in afwachting van welke smaak yoghurt ik had uitgekozen. De variant van vandaag had ik nog nooit eerder gezien. De kleine stukjes duidden erop dat het wel eens chocoladeyoghurt zou kunnen zijn of iets met karamel. Qua substantie leek het eerder op een zelfgemaakte eiersalade. Om een lang verhaal kort te houden, de eerste hap bevestigde mijn vage vermoeden: het was eiersalade!
Wat te doen? Verder eten en doen alsof er niets aan de hand is? Ik nam een extra grote hap en keek met een gezicht van “wauw, vandaag eet ik wat ik thuis altijd het liefste eet, namelijk eiersalade met muesli”. Raar wat er op zo’n moment allemaal gebeurt. Ik dacht bijvoorbeeld “wat zou die serveerster hiervan denken?” Zou ze proestend de keuken inlopen en de ontbijtkok – ik twijfel echter of er een kok is die alleen voor het koken van de eieren zou opdraven – vertellen wat ze nu weer heeft meegemaakt.
– Wat, muesli in de eiersalade? Nee, dat geloof ik niet.
– Kijk zelf maar!
– Wie? Die man daar, die Hollander?
– Ja, die. Kijk, hij neemt nog een hap, gadverdamme!!
Ik wist niet zeker of ik iemand om de hoek van de keuken zag kijken maar na de tweede hap hield ik het voor gezien. Ik zette het schaaltje midden op tafel, liep terug naar het buffet en vulde een nieuw schaaltje met de aardbeienyoghurt, die ik eerder niet zag staan. Ik bekeek het ontbijtbuffet nog eens goed. Waarom staat de eiersalade vóór de muesli, honing, blikfruit en naast de yoghurt. Dat is toch absoluut onlogisch. Zet die schaal bij de gekookte eieren, aan het einde van het buffet, en plak er een sticker op met “eiersalade”. Nee, hier kon ik niets aan doen. Ze verwachten toch niet dat je eerst je neus in zo’n schaal steekt om te ruiken of het wel yoghurt is? Of dat je eerst even je pink er doorheen haalt, die vervolgens aflikt en zegt “nee, daar heb ik geen zin in vandaag”.
Of zou ik naast de leesbril toch een andere bril moeten aanschaffen? Met de leesbril op zag ik wel meteen dat het eiersalade was. Terwijl ik mijn yoghurt opeet, zie ik hoe een mank lopende man en een mank lopende vrouw de ontbijtruimte binnen wankelen. Ik herken het paar van gisteravond in de eetzaal. Misschien hebben ze elkaar ontmoet in een revalidatiecentrum of hebben ze beiden een ongeluk gehad. Alles is mogelijk.
– Hé, kijk, eiersalade”, roept de vrouw, die nog zeker een meter van het buffet verwijderd is.
– Die zag ik al meteen toen we binnenkwamen”, roept de man terug.” Die is niet te overzien!”