De conducteur

trainVandaag ben ik even in Nederland. Telkens als ik hier onderweg ben, beland ik in situaties die erom schreeuwen als column vastgelegd te worden. Neem deze bijvoorbeeld.

De trein is al voorbij Bad Bentheim, Hengelo en Almelo. We zetten koers richting Deventer. Een man van begin 40 stapt opgewekt de wagon binnen. Uiterst vriendelijk vraagt hij de passagiers naar de vervoersbewijzen. Vanuit het midden van de wagon bekijk ik hem. Hij heeft een apparaatje in zijn hand, waarmee hij de treinkaartjes scant. Ik ben even in de war. Tien minuten eerder had ik mijn kaartje aan een conducteur laten zien die er ook uitziet als een conducteur. Deze andere controleur draagt lange haren, geen pet, een laag uitgesneden T-shirt met borsthaar-look, een aantal oorbellen in beide oorlellen en een versleten jeans. In het rijtje “beroepen en hun vooroordelen” zou hij prima bij sociaal werker passen. Het opvallende aan de situatie vind ik, dat iedereen gewoon zijn kaartje laat zien. Niemand vraagt wie hij is en waarom hij naar vervoersbewijzen vraagt. Ook maakt niemand een opmerking over zijn vrijetijdsoutfit. Ik kan het niet laten om, als hij naar mijn vervoersbewijs vraagt, te vragen of hij de conducteur is. Ik ben immers al een tijdje niet in Nederland geweest en misschien mogen de conducteurs nu ook gewoon zonder uniform kaartjes controleren, zoals de controleurs die in de Berlijnse S- en U-Bahn in vrijetijdskleding zwartrijders proberen te vangen. Na het stellen van mijn vraag hoor ik om mij heen een licht gelach.

“Wij doen reizigersonderzoek”, vertelt de vlotte man. Hij is een beetje het type Willem Ruis en maakt bij iedereen een kort praatje of grapje.
“Zo, Berlijn en naar Amsterdam Sloterdijk, dat is ver”, zegt hij luid en bekijkt mijn uitgeprinte ticket.
Ik kijk hem aan. Waarom moet de hele wagon weten waar ik vandaan kom en ook nog eens waar ik naartoe ga? Dat vraag ik hem. Hij lacht.
“Zo grappig is dat niet”, zeg ik nu ernstig.
“Stel dat de conducteur bij iedere passagier roept waar de persoon heen gaat en vandaan komt. Dat gaat niemand wat aan. Zoals artsen niet met derden over medische gegevens spreken, laten  conducteurs of mensen zoals u zich niet uit over de reisgegevens van de personen die ze controleren.”
De man voelt zich nu duidelijk op zijn pik getrapt. Zijn gezicht betrekt.
“Mijnheer, ik kan zeggen wat ik wil. Het interesseert namelijk niemand waar u vandaan komt en ook niet waar u heen gaat. Dus dat maakt niets uit.”
“U heeft een behoorlijk grote bek voor iemand die eigenlijk alleen maar in de trein aanwezig zou moeten zijn om reizigersonderzoek te doen. Ik denk dat het verstandig is dat u zich eerst zelf laat onderzoeken voordat u aan dit werk begint”, antwoord ik en schrik van mijn eigen reactie.
Twee mensen klappen aarzelend.
“Nu niet grof worden, mijnheer. Ten eerste heb ik een mond en geen bek, en ten tweede moet ik me uw gedrag niet laten welgevallen.”
Nu klinkt er een licht applaus uit een andere hoek.
“En u mag doen wat u wilt? Gewoon iedereen vertellen waar ik vandaan kom en waar ik heen ga? U bent degene die hier als een onbeholpen boerenlul gewoon alle reisgegevens van de passagiers openbaar maakt, ik niet!”
“Wat is hier aan de hand?”
Ik zie dat er nu een echte conducteur de wagon binnenkomt. Het is de man die eerder mijn kaartje controleerde.
“Deze passagier denkt dat hij alles tegen mij kan zeggen”, begint de sociaal werker.
“Mijnheer schreeuwt hier doodleuk al mijn privégegevens door de wagon”, onderbreek ik hem.
“De man heeft gelijk”, roept een oudere man achter mij.
“Maar de controleur ook”, schalt een jongedame voor me.
“Heren, het feest is voorbij. Mijnheer de controleur, u gaat verder met uw onderzoek en u, mijnheer de passagier, u blijft rustig zitten waar u zit. Mag ik uw vervoersbewijs nog even zien? Oh ja, mijnheer komt uit Berlijn en wil naar Amsterdam”, zegt de conducteur luid en duidelijk.

Niemand in de wagon kan zijn lachen meer inhouden. Het heeft iets weg van een ontlading, na een lang opgebouwde komische sketch. Sommige mensen brullen het uit, een oudere dame roept “ik pies in m’n broek”. Ook de controleur van het reizigersonderzoek kan een lach op zijn gezicht niet meer onderdrukken. Ik kan ook niets anders meer dan enorm lachen. Uiteindelijk schudden de nepconducteur en ik elkaar de hand, hij geeft me zelfs nog een korte omhelzing en dan kan ik mijn reis weer rustig voortzetten. De conducteur heeft inmiddels schouderophalend de wagon verlaten en ik weet, over een dergelijke situatie kun je een column schrijven.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.