Berlijns burgemeester plant ruimte voor kunstenaars
De Berlijnse regering wil de komende vijf jaar 2.000 nieuwe ateliers realiseren om kunstenaars tegen verdere verdringing te beschermen.
De kersverse burgemeester van Berlijn Michael Müller wil zijn beeldende kunstenaars niet de in kou laten staan. Dat lees ik in een bericht in het Berlijnse dagblad taz van 30 maart. Op die dag kondigde Müller aan bij de volgende begroting voor de periode 2016/2017 erop aan te dringen de financiële omvang voor ateliers in de stad “te behouden of zelfs nog uit te breiden”. Momenteel ondersteunt de Berlijnse regering de kunstenaars in het kader van het zogenaamde atelierprogramma (Atelierprogramm) jaarlijks met 1,5 miljoen euro.
Volgens Müller hoort de verbetering van het huidige aanbod van ateliers bij het doel van zijn cultuurpolitiek. Met het oog op de huidige druk van de onroerendgoedmarkt hebben de kunstenaars in de stad “vrije, betaalbare plekken en nieuwe ruimtes” nodig. Er dienen meer dan de huidige 530 door de regering ondersteunde ateliers bij te komen. De voor de ateliers verantwoordelijke Berlijnse regeringscommissaris Florian Schmidt spreekt van 2.000 nieuwe productieruimtes voor vrije kunstenaars tot het jaar 2020.
Puur onbaatzuchtig was Müllers aankondiging bij de presentatie van het regeringsonderzoek volgens de taz niet. Tegenover de in de laatste jaren 178 door de Berlijnse deelstaat nieuwe gecreëerde ateliers staan 72 sluitingen. Momenteel verzetten kunstschilders en beeldhouwers zich tegen het verlies van hun ruimtes aan de Erkelenzdamm. Antje Kapek, fractievoorzitter van ‘die Grüne’, hield Müller voor, dat “het bestaan van talrijke ateliers door huurverhogingen in gevaar is”.
Volgens de taz klopt dit: alleen al in 2014 gingen volgens informatie van de Berlijnse regering 350 particulier verhuurde ateliers verloren. Volgens de afdeling cultuur van de Berlijnse regering leven er rond 10.000 kunstenaars in Berlijn die onder de verdringing door onroerendgoedprojecten leiden.
De toekomstige atelier-nieuwbouwprojecten van Müller – inclusief de kunstateliers in omgevormde bedrijfsetages – zouden langs de ringbaan, in Tempelhof of Lichtenberg kunnen liggen. Op die plekken is voldoende gunstige en vrije ruimte voorhanden “waarop geen gentrifiseringsdruk door nieuwe kantoren of woningen heerst”, lichtte Andrea Hofman toe. Zij is architecte van de “Gruppe Raumlabor” toe. Raumlabor had voor dit onderzoek de modelsuggesties vervaardigd.
Volgens Florian Schmidt zullen ook particuliere bouwheren op hun verantwoordelijkheid worden aangesproken: “Je zou de investeerders kunnen voorschrijven vijf procent van de nieuwbouwoppervlakte voor kunstenaars te reserveren.” Daarmee zou de bouw van ateliers veiliggesteld zijn.