Een bijzonder park
Vandaag is het de verjaardag van Hermann von Pückler-Muskau. Een goede reden deze bijdrage uit 2013 nog een keertje onder de aandacht te brengen.
In de jaren tachtig demonstreerden mensen in Berlijn tegen de muur. Gisteren demonstreerden mensen in Berlijn voor behoud van een stuk van dezelfde muur. Het is een rare wereld.
Op de zonovergoten maandag besluit ik me niet met dat stuk muur bezig te houden en verlaat wederom de stad, op weg naar een uniek park, dat deels in Polen en deels in Duitsland ligt. De ontwerper was een rokkenjager, salonheld, vorst, pasja en dandy tegelijk. Naast gepassioneerd landschapsarchitect was hij ook wereldreiziger en schrijver. Zijn naam is Hermann von Pückler-Muskau, die vooral in de regio Lausitz nog immer wereldberoemd is. Het aanleggen van landschappen was zijn lust en zijn leven. De aanleg van het Muskauer park nam 30 jaar (1815-1845) van zijn leven in beslag. Over het park zelf zegt de excentrieke Pückler: “…wie Muskau heeft gezien, kon in mijn hart kijken.”
Vandaag verlaat ik via stadsdeel Neukölln en vliegveld Schöneberg de stad en rij ruim 100 kilometer op de A113. Als ik de snelweg verlaat, rij ik net als afgelopen zondag door enkele uitgestorven dorpjes. Hier is het wel oppassen geblazen, want in ieder dorp staat een onopvallende, verroeste flitspaal, als een soort laatste bron van inkomsten. Ik neem de proef op de som en kan één ding verklappen: de flitser doet het!
Na bijna twee uur rijden sta ik voor de grens tussen Polen en Duitsland en zie dat enkele Poolse douanebeambten regelmatig auto’s van de weg afhalen om te controleren op smokkelwaren. Ik hoef er gelukkig niet langs, want de parkeerplaats van het park ligt nét voor de grens. Kleine tip van een inwoner van Bad Muskau: de benzine in Polen is circa 20 cent per liter goedkoper dan in Duitsland, dus het is de moeite waard om hier met een vrijwel lege benzinetank te arriveren. Ook de sigaretten zijn goedkoper in buurland Polen.
Ik parkeer mijn auto, stap uit en loop richting een kasteeltje in de verte. Onderweg vraag ik aan een tuinman of er een ingang is en waar je een kaartje kunt kopen. De man vertelt me dat ik al in het park ben en dat het voor iedereen gratis toegankelijk is. Als ik bij het kasteeltje ben aangekomen, neem ik eerst wat foto’s en loop dan nieuwsgierig naar binnen. Ik ben de enige bezoeker in het toeristenwinkeltje met de bekende ansichtkaarten en gidsen met verhalen over het Muskauer Park, dat sinds 2004 op de werelderfgoedlijst van de UNESCO staat. De dame van de winkel vertelt mij alles over het kasteel, het museum en over Pückler.
“De toren is vandaag open”, zegt ze opeens. “Voor drie euro kunt u naar boven.” Ze wijst op een foto met daarop het torentje van dit kasteel. Ik leg meteen drie euro op de toonbank, want dat lijkt me wel leuk. Met dit mooie weer heb je vast en zeker een fraai uitzicht. Als bonus kan ik ook nog de tentoonstelling over Pückler en Von Kleist bekijken, die zich op de tweede etage bevindt.
“Als u nu meteen gaat, want de expositie wordt in de loop van de dag afgebroken”.
De dame overhandigt me een ansichtkaart met een code erop. Met deze kaart loop ik naar de tweede etage en open de tourniquet vóór de museumzaal. Dan sta ik oog in oog met Pückler en de schrijver, dichter en toneelschrijver Heinrich Von Kleist. Deze twee heren van adel hebben elkaar in het echte leven nooit ontmoet. De expositie gaat namelijk vooral over hun gemeenschappelijke interesse: vrouwen.
Vandaar de titel “Kleist, Pückler en het eeuwige vrouwelijke. Ik bekijk de panelen met foto’s en tekst. Die Pückler was weliswaar getrouwd met zijn Ulrike, maar toonde ook bijzonder veel interesse in andere, vooral jongere vrouwen. Ik lees het ene merkwaardige verhaal na het andere. Bijvoorbeeld over Machbuba, een minderjarige slavin uit Ethiopië. Pückler koopt haar op een slavenmarkt in Khartoem voor zijn plezier. Ze moet hem wat afwisseling brengen tijdens zijn monotone reis over de Nijl. Hij reist met haar door Egypte, Syrië en Azië. Op de terugreis blijven ze nog negen maanden in Wenen. Machbuba bezoekt hier een internaat en begeleidt Pückler in het openbaar. Ze zijn er het gesprek van de dag. Na de reis krijgt Machbuba Italiaanse les, zodat ze ook met Pückler kan praten. Als het tweetal in 1840 in Muskau aankomt, blijkt Machbuba ziek te zijn. Ze sterft nog in hetzelfde jaar aan TBC.
Voordat ik de rest van de verhalen lees, besluit ik eerst de toren te beklimmen. In een doodse stilte bewandel ik de metalen wenteltrap, totdat ik bovenin aankom en een openstaande buitendeur zie. Vanaf een klein, rond plateau geniet ik van het prachtige uitzicht. Ik ben blij dat ik een rustige maandag in maart heb uitgekozen voor dit bezoek, want op dit plekje kunnen niet meer dan drie of vier mensen tegelijk staan. ’s Zomers schijnt het hier veel drukker te zijn.
Nadat ik alle uitzichten heb gefotografeerd loop ik naar beneden, met als doel een wandeling door het park. De vrouw uit de winkel had mij uitgelegd welke route de gidsen van het park altijd lopen als er groepen op bezoek zijn. Die route gaat van start bij een witte houten brug, die begint in Duitsland en eindigt in Polen. Even later wandel ik over die brug naar Polen, fotografeer de grenspaal en loop vijf minuten later over een andere brug weer terug naar Duitsland. Onderweg ontmoet ik een man, die net als ik even van het prachtige uitzicht en het schitterende weer geniet. We raken in gesprek. Hij vertelt me dat zijn vrouw momenteel naar massage is en dat hij hier iedere dag twee uur door het park loopt.
“En ik voel me fit, ik ben 77.”
Op dat moment denk ik aan de vrouw die een dag eerder in een restaurant in Groß Schönebeck aan de tafel naast mij zat. Die vrouw vertelde dat ze 84 was. Waarom vertellen oudere mensen altijd hoe oud ze zijn? Misschien om te horen dat ze er veel jonger uit zien? Een soort “fishing for compliments”? Ik vertel de man, die uit het dorp Bad Muskau zelf komt, dat ik later op de dag de piramide wil bezoeken waar Pückler begraven ligt. Dan kijkt hij om zich heen.
“Hoe heet die plek ook alweer?”, vraagt hij zichzelf af. Ik haal voorzichtig de folder uit mijn zak om de naam van het park op te zoeken waar de piramide staat.
“Nee, nee, dat moet ik weten”, zegt hij ongeduldig. “ Mijn vrouw weet dat.” Dan kijkt hij om zich heen, alsof zijn vrouw opeens achter een boom tevoorschijn kan komen. Dan realiseert hij zich dat ze er niet is. Ze is bij de massage, schiet hem te binnen. “Mijn vrouw leest heel veel, ze weet alles over de geschiedenis en zij weet zeker hoe die piramide heet. Ik lees niet zo veel. Ik ga liever vissen. Vanaf mei, juni, dan zit ik ’s ochtends met een hengel aan de waterkant en geniet.”
Ik knik en noteer in mijn geheugen: man van 77 uit Bad Muskau gaat in mei ’s ochtends vissen.
“Branitz, Branitz Park!” roept de man opeens. Hij is zichtbaar opgelucht. Ik kijk in mijn folder en knik. Hij heeft gelijk. De man loopt op weg naar huis en ik begeef me op weg naar de parkeerplaats, om vervolgens de piramide te zoeken, die Pückler speciaal uit aarde liet bouwen om in begraven te worden.
Na ongeveer 40 minuten rijden parkeer ik de auto bij het Branitzer Pückler Park. Ik sta wederom in een soort gehucht. Ik vraag aan een dame van rond de 80 of zij weet waar dé piramide staat. Ze verraadt niet hoe oud ze is maar wijst me de weg. Iedereen in deze omgeving weet waar dé piramide zich bevindt. Het is hetzelfde alsof je in Utrecht vraagt naar de Dom of in Berlijn naar Checkpoint Charlie. De vrouw wees de goede kant op, want ik loop een paar minuten later in een fraai aangelegd park met hoge bomen, veel water, bruggetjes en vergezichten. Het water rondom de piramide is nog bevroren. Ik maak wat foto’s en besluit nog vóór de avondspits terug te rijden naar Berlijn. Ik heb geluk, geen file en ook in de stad zijn geen verkeersopstoppingen. Op de radio hoor ik dat de burgemeester van Berlijn, Klaus Wowereit, zich nu ook met de muur gaat bemoeien. Hij wil dat de muur blijft staan en gaat in gesprek met de burgemeester van het stadsdeel Friedrichshain-Kreuzberg, Franz Schulz. De muur zorgt wederom voor verdeeldheid, gelukkig op een wat kleinere schaal dan voorheen.
Link: Muskauer Park
- Muskauer Park
- Muskauer Park
- Uitzicht vanaf het torentje
- Uitzicht vanaf het torentje
- Voor € 3,- naar boven
- Brug naar Polen
- Grenspaal Polen
- Brug Muskauer Park
- Branitzer Pückler-Park
- Branitzer Pückler-Park
- Piramide + grafsteen in het Branitzer Pückler-Park
- Piramide Branitzer Pückler-Park
- Piramide Branitzer Pückler-Park
Dit is op Blog Allard van Gent herblogden reageerde:
Bij mooi weer een mooie gelegenheid om een mooi park te bezoeken, gelegen tegen de Pools-Duitse grens